Mijn twee oma’s waren heel verschillend. De een was dik en gezellig, de ander was dun en streng. Ik vroeg me altijd af op wie van de twee ik zou gaan lijken als ik oud was. Toen ik een jaar of 16 was kwam mijn moeder kijken naar een theatervoorstelling waarin ik een koningin speelde. Ik was gehuld, of eigenlijk geperst, in een veel te strakke zwarte jurk. Ik had toen nog kilo’s puppievet, het zag er niet uit vond ik, maar de regisseur stond erop.
‘Kind, je was precies je oma!’, zei mijn moeder na de voorstelling.
Ze bedoelde de dunne oma, mijn vaders moeder. Ik was heimelijk opgelucht, want ik wilde liever dun zijn dan dik als ik oud was. Maar dit terzijde.. Straks meer over mijn oma.
De grenzen van de werkelijkheid
Reinoud Eleveld, mijn Tao leraar, zei altijd:
Het gaat om twee dingen bij de Taotraining:
1. Het leren manoeuvreren in de energetische werkelijkheid.
2. Het oprekken van de grenzen van de werkelijkheid.
Ayahuasca is wat dat betreft een enorme uitdaging. Zij rekt de grenzen niet op, maar doet ze geheel verdwijnen! Onlangs deed ik een ayahuasca retraite in Peru, onder leiding van Shipibo sjamaan Don José Campos. 26 mensen van over de hele wereld die bij elkaar komen om een hallucinogeen medicijn – of eigenlijk een entheogeen (zie kader) – uit de jungle te drinken. We deden drie ceremonies, om de dag een.
Aan het begin van de retraite zei Don José:
Het gaat om drie dingen bij Ayahuasca:
1. 95 % van wat er gebeurt hier is jouw werk, 5 % is het werk van Ayahuasca. Jij bent verantwoordelijk!
2. Alle drama die je creëert is volstrekt zinloos. Stop het drama.
3. Besef hoe oneindig machtig je bent. Ga weer in je eigen kracht staan en besteed haar niet langer uit.
Het oog van de storm
In mijn prille ervaring was het wat die 95% betreft eerder andersom, maar ik begreep wat hij bedoelde. Ik had al eerder gemerkt dat mijn taoïstische training een enorme hulp was bij de Ayahuasca ceremonies. De oefeningen die ik jarenlang gedaan had om aanwezig te blijven in de heftigheid van de storm, om mezelf niet te verliezen in angst of andere emoties paste ik toe tijdens de ceremonies – en het werkte! Tegelijkertijd vraagt juist Ayahuasca ook om overgave, om het volledig loslaten van de controle. Het braken is ook onderdeel van die overgave. Met name mensen die wetenschappelijk of religieus onderlegd zijn kunnen tijdens Ayahuasca in de problemen komen, omdat ze gedwongen worden hun overtuigingen los te laten. Ayahuasca is uitdagend voor iedereen, maar zeker voor dogmatici!
De bron van lijden
Als je drie ceremonies doet in zo’n korte tijd versmelt het tot één grote, diepe innerlijke reis. Tijdens mijn eerste ceremonie werd ik opnieuw geconfronteerd met het trauma uit mijn vroegste jeugd. Ik zag glashelder hoe mijn persoonlijke pijn een groot deel van mijn leven had bepaald en met name hoe het mijn kinderen had beïnvloed. Het besef dat ik vanuit mijn eigen trauma pijn had veroorzaakt bij mijn kinderen sneed door mijn ziel. Ik moest er zo van huilen. Dit was echter niets vergeleken met de tweede ceremonie. Daar kreeg ik inzicht in ‘the big picture’: hoe mijn trauma overgedragen was door mijn vader, die op zijn beurt weer getraumatiseerd was in het Jappenkamp. Er zijn krachten die zo demonisch zijn dat ze hele bevolkingsgroepen in één keer vernietigen. Oorlog en concentratiekampen zijn deel van hun agenda.
Nu had ik aan het begin van de retraite gevraagd: ‘Laat me de oorsprong zien van mijn persoonlijke lijden en van het lijden van de mensheid.’ Maar toen ik het antwoord kreeg en letterlijk getoond werd, als in een film, tot welke misdaden de mens gedreven wordt, besefte ik hoe overmoedig ik geweest was met mijn intentie en smeekte ik dat het zou stoppen. En het stopte, net op het moment dat ik dacht: ‘Meer kan ik niet verdragen.’
Voorbij de grenzen van de dood
Bij iedere Ayahuasca ceremonie is er een balans tussen pijn en vreugde, werk en ontspanning, lijden en extase. Zelfs de dag na de tweede ceremonie voelde ik me wonderbaarlijk gelukkig en dankbaar. En bij de derde ceremonie kwam mijn oma op bezoek. De dunne oma. Ze was nog even streng als voorheen.
‘Wat lig je daar nou te dromen?’, zei ze. ‘Kom op! Er is werk te doen!’
Ik was niet eens verbaasd, al was ze al meer dan 15 jaar dood. Oma was diep bezorgd en bedroefd. Ze toonde me haar herinneringen: beelden van het kamp, van haar uitgeteerde kinderen, waaronder mijn vader; de honger, de kou, de vernedering. Ze deelde haar spijt en haar wroeging.
‘Ik had meer moeten doen’, zei ze. ‘Ik heb het niet goed gedaan.’
Ik besefte dat ze het verleden nog steeds niet had losgelaten. Haar ziel, zelfs nu ze dood was, was nog steeds bezig met het trauma dat ze beleefd had in haar laatste leven.
‘Lieve oma’, zei ik. ‘De oorlog is voorbij. Je hebt gedaan wat je kunt.Je hebt het goed gedaan. Je kinderen en je kleinkinderen hebben het goed, we hebben geen honger, we zijn goed doorvoed en we zijn warm en veilig.’
Warm bad
Ik deed mijn uiterste best, maar mijn oma geloofde me niet. Ik realiseerde me dat ze haar hele leven lang malaria had gehouden en ook na het kamp altijd broodmager was gebleven. De kou en de honger hadden haar nooit verlaten.
‘Kom’, zei ik. ‘Laat me je het voelen. Kom in mijn lichaam en voel hoe weldadig het is om gezond en warm te zijn, om vlees op je botten te hebben.’
Ik wist zelf niet eens dat dit mogelijk was, maar op dat moment voelde het als vanzelfsprekend. Na enige aarzeling stemde ze toe. Het was een wonderlijke gewaarwording het etherisch lichaam van een oude, magere vrouw in mijn eigen lichaam te voelen zakken. Ik kon ook voelen wat zij voelde: een weldadig, diep ontspannend gevoel, als wanneer je langzaam in een warm bad gaat liggen.
‘Geloof je me nu?’, zei ik. ‘Ik ben je kleinkind. Dankzij jou ben ik hier. Je hebt het goed gedaan.’
‘Mmmm’, zei ze afwezig. ‘Heerlijk. Ik denk dat ik blijf.’
Dat was weer een nieuwe uitdaging. Ik had echt geen zin om de rest van mijn leven de geest van mijn dode oma met me mee te dragen.
‘Nee’, zei ik vriendelijk maar resoluut. ‘Jij bent dood en ik ben levend. Dit is mijn lichaam. Ga terug naar waar je vandaan komt, het is goed toeven daar. Als je dood bent word je geacht uit te rusten en bij te komen van het leven. Ga dat eindelijk eens doen. Geniet van je dood.’
Tot mijn opluchting was ze het met me eens en zonder verdere plichtplegingen of beleefdheden verliet ze mijn lichaam en zweefde ze de ruimte uit, tot ze uit het zicht verdween. Ik voelde me diep dankbaar dat ik mijn oma had kunnen helpen.
Heeft Ayahuasca de mogelijkheid de sluier tussen leven en dood op te heffen? Is het mogelijk om zielen die al overleden zijn te helpen met hun genezing? Deze ervaring lijkt dat onomwonden te bevestigen.
___________________________________________________________
Ayahuasca is een entheogeen: een heilige plant die bij rituelen gebruikt wordt met als doel het goddelijk innerlijk te doen ontwaken. Het bijvoeglijk naamwoord betekent: ‘Afkomstig van de God in onszelf.’
0 reacties