Een van de mooiste filmscènes is het begin van ‘Samsara’, een film uit 2001 over de boeddhistische monnik Tashi. Als deel van zijn spirituele training brengt hij 3 jaar, 3 maanden, 3 weken en 3 dagen in afzondering door om te mediteren en te vasten, in een grot in de Himalaya’s. De film begint aan het einde van deze periode. Een groep monniken arriveert bij de verlaten grot en met de grootst mogelijke tederheid en toewijding wekken ze hem weer tot leven. Ze dragen hem naar buiten, wassen zijn uitgeteerde lichaam, knippen zijn haar, zijn gekromde nagels en fluisteren in zijn oor: ‘Tashi, kom terug. Je hebt het goed gedaan.’ Eenmaal terug in het klooster ontvangt hij een speciale onderscheiding. Deze mate van onthechtheid wordt gezien als een grote spirituele verdienste. Maar Tashi is niet gelukkig. In zijn dromen ontmoet hij een vrouw voor wie hij onweerstaanbare passie voelt en na een paar maanden besluit hij het klooster te verlaten om haar te vinden.
Onthechtheid is geen verdienste
Ik ontmoette mijn geliefde 14 jaar voordat we een relatie kregen. Al die tijd zei hij dat hij zo onthecht was dat een relatie niet langer interessant voor hem was. Hij was een yogi, reisde de wereld rond en leidde een leven in vrijheid, geweid aan zijn spirituele ontwikkeling. Althans, dat is wat hij geloofde. Ik geloofde hem ook en bewonderde hem voor zijn onafhankelijkheid en spirituele toewijding. Onze liefde bestond uit korte, intense periodes van samenzijn waarin ik alles liet vallen waar ik mee bezig was en me met hart en ziel aan de relatie overgaf. We leefden in het moment. De pijn, het hartverscheurende gemis wanneer hij weer vertrok, interpreteerde ik als een teken dat ik nog niet spiritueel genoeg was.
‘Je moet leren loslaten’, hield ik mezelf voor, maar faalde keer op keer.
Toen stond hij op een dag onverwacht voor mijn deur.
‘Ben ik nog op tijd?’, vroeg hij.
‘Hoe bedoel je?’, reageerde ik verbaasd.
Zijn antwoord veranderde mijn leven en dat van hem.
‘Ik hou van je’, zei hij. ‘Het spijt me dat het jaren duurde voor ik daarachter kwam. Ik was niet onthecht, ik was bang! Ik was op reis omdat ik op de vlucht was, op de vlucht voor intimiteit. Steeds wanneer een vrouw te dichtbij kwam vertrok ik weer naar een ander land. Vergeef me. Wil je mijn vrouw zijn?’
Hechtingsstoornis
Onthechtheid is een aantrekkelijk concept wanneer je een hechtingsstoornis hebt. In plaats van emotioneel beschadigd ben je nu ineens spiritueel ontwikkeld. De angst om afgewezen te worden hoef je niet langer onder ogen te komen en de pijn van een gebroken hart is niet langer aan jou besteed. Mensen die liefhebben en lijden aan de afwezigheid of het gedrag van de partner kun je onder spirituele vlag co-dependent en onbewust noemen. Sterker nog: wanneer jij een geliefde de rug toekeert en hij doet een poging zijn pijn met je te delen kun je hem onder het mom van spiritualiteit keihard afwijzen. Wat je niet ziet is dat je je op dat moment gedraagt als een reptiel. Je bent koud, hard en meedogenloos. Je hebt geen greintje empathie. Dat is niet wat de Boeddha bedoelde toen hij het had over onthechtheid.
Zoogdieren
Wanneer een mensenbaby na de geboorte niet aangeraakt wordt sterft het binnen 48 uur. In de zestiger jaren werd dit experiment daadwerkelijk uitgevoerd door wetenschappers met een gigantische hechtingsstoornis – anders zou een dergelijk wreed onderzoek niet eens in ze opkomen. Wij zijn zoogdieren: sociale wezens die voor hun geluk en welzijn afhankelijk zijn van de nabijheid, aanraking en bevestiging van hun soortgenoten. Dat is geen gebrek, dat is evolutie. In de loop der eeuwen hebben onze hersenen zich ontwikkeld tot een steeds complexer geheel en zijn we steeds beter in staat om te manoeuvreren in de werkelijkheid. Aanvankelijk was overleven op deze aarde de enige agenda. De hersenstam ofwel de reptielhersenen namen dit voor hun rekening. De Vijf V’s: Voortplanten, Vechten, Voeden, Verstarren en Vluchten is alles wat je nodig hebt om te overleven als slang of krokodil. Als reptiel word je alleen geboren en ga je alleen dood. Vanaf het begin moet je voor jezelf zorgen. Als het nodig is eet je je eigen kinderen op. Je bent letterlijk meedogenloos en daar heb je geen enkele moeite mee, want je hersenen bieden geen andere optie.
Cuddle puddle
Wij mensen hebben behalve reptielhersenen ook zoogdierhersenen: een evolutionair gezien vrij jonge afdeling in de hersenen die ons het vermogen geeft tot spelen, liefhebben, creatief denken en rekening houden met anderen. Een slangenkuil ziet er beduidend anders uit dan een apenkolonie. Bij slangen ontbreekt de sociale dimensie ten ene male. Slangen knuffelen niet, vlooien elkaar niet, maken geen ruzie en hebben geen gezelschap nodig. Wij wel! Wat is onthechtheid in het licht van deze informatie? Het wil zeggen dat we onze zoogdierhersenen niet gebruiken en terugvallen in een oude, beproefde manier van overleven: de Vijf V’s. Was de Boeddha een slang? Nee, want hij had het ook over compassie. Compassie is per definitie een menselijke eigenschap die thuis hoort in de Kleine Hersenen ofwel de zoogdierhersenen. Compassie is empathie in actie.
Het verbaast me niets dat David Icke de infiltratie van buitenaardse, reptielachtige wezens als oorzaak aanwijst voor de ellende in de wereld. Beschrijft hij een buitenaards ras, of een aspect van ons innerlijk? Het lijkt erop dat wij mensen niet altijd toegang hebben tot onze zoogdierhersenen: dat was ons beweegt tot menselijk gedrag. Het gebrek aan empathie, vriendelijkheid en speelsheid dat je ziet op zowel relationeel als maatschappelijk niveau illustreert dat. Evolutionair gezien is dat ronduit vreemd, omdat het een degradatie is – een stap terug. Wat is de reden? Waar ging het mis?
Stress
Het antwoord is: stress. Er gebeurt iets vreemds in de hersenen onder invloed van stress: de amygdala’s, kleine hormonale schakelaars in het brein, schakelen onder invloed van stress onmiddellijk terug naar de reptielhersenen. De rest wordt als het ware op non-actief gezet. Stress werd ooit uitgevonden als overlevingsmechanisme: wanneer ons leven bedreigd wordt reageren de nieren met een krachtige uitstoot van adrenaline. Dit geeft een explosie van energie die ons in staat stelt onze overleving zo goed mogelijk te waarborgen door de meest toepasselijk V op dat moment toe te passen. Het is het verschil tussen met je geliefde voor de open haard liggen en in actie komen als er plotseling een aardbeving is. Dit is op zich een geniale strategie, behalve wanneer stress niet langer een uitzondering is, maar een gewoonte of zelfs een verslaving. De technologische ontwikkeling van de afgelopen 100 jaar heeft ons zo ver van onze natuurlijke behoeftes verwijderd dat we in zekere zin altijd in angst verkeren. Vanaf onze geboorte krijgen we te maken met extreme vormen van stress, waarbij het gebrek aan aanraking, de meest directe vorm van liefde, een van de diepste trauma’s is. Ook in het boeddhisme zie je dit terug: kinderen worden al heel jong naar het klooster gebracht en vervolgens gedwongen dit trauma om te vormen tot het zogenaam doorzien van de illusie van hechting, terwijl het juist het vermogen tot hechten is dat ons tot mens maakt. Misschien is het tijd om weer te leren ontspannen en zo de weg terug te vinden naar de pure, helende ervaring van affectie, intimiteit en liefde.
0 reacties